OV in Nederland

De Brabantliners zijn twee zeer succesvol geëxploiteerde lijnen tussen respectievelijk Breda en Utrecht (400) en Oosterhout en Utrecht (401).
Het interieur en comfort van de Brabantliner is na de aanbesteding punt van discussie geweest. Voorheen werden deze Interliners door Connexxion gereden met een ander bustype, meer vergelijkbaar met een touringcarbus.

Veolia heeft gekozen voor een ander bustype, de Berkhof Ambassador, dit is een lagevloerbus van de Nederlandse busfabrikant VDL Berkhof.
Het voorste gedeelte van de bus is lagevloers, de banken achter de uitstapdeuren staan op een verhoging, bereikbaar met een trapje. De bus kenmerkt zich door zijn lage gewicht van slechts circa 8700 kilogram en bijbehorend laag brandstofverbruik.

Een afvaardiging van het reizigersoverleg Brabant heeft op woensdag 20 februari 2008 een testrit gemaakt met de Brabantliner van Breda naar Utrecht met als doel de bus op interieur en comfort te beoordelen. Hierbij de bevindingen:

• In de Brabantliner zijn veel minder zitplaatsen dan in de Interliner, bovendien zijn er staanplaatsen. De bus wekt de indruk dat er gestaan kan worden, terwijl dat eigenlijk niet mag.
• Er is te weinig ruimte voor bagage, er zijn maar aan een kant bagagerekjes die klein zijn en waar in bochten de bagage eenvoudig uit valt.
• Er is geen mogelijkheid om een beker koffie of iets dergelijks neer te zetten
• Armleuningen bij individuele stoelen ontbreken hetgeen een oncomfortabel gevoel geeft.
• Het comfort van de stoelen laat te wensen over, hardere zittingen, minder beenruimte en ook zijn er klapstoelen aanwezig.
• Er zijn geen voetensteunen meer.
• Er is geen lectuurnetje aan de achterzijde van iedere stoel en ook het afvalbakje per zitplaats ontbreekt onderaan de rugleuning.
• Er zijn geen leeslampjes waardoor het lezen, zeker wanneer het buiten donker is, heel lastig is.
• Er is geen airconditioning die jezelf kunt instellen.
• In het voorste gedeelte van de Veoliabussen zijn 8 stoelen tegenover elkaar
  geplaatst, dat betekent 4 formatieplaatsen minder dan mogelijk is.
• Er wordt op deze Brabantliners nog niet met gelede bussen gereden, hoewel dat in de spits wenselijk zou kunnen zijn. De Interlinerbussen hadden dit wel.
• Er is geen getint glas.
• De bussen zijn te licht voor de snelweg en schudden nogal bij hevige wind, dit is gevaarlijk en arbeidsintensief voor de chauffeur.
• Deze bus mag officieel maar 80 km/u op de snelweg, dit vertraagt het traject en vergt meer reistijd.
• Verder zijn er voorin slecht aangepaste, verhoogde zitplaatsen voor mindervaliden en visueel gehandicapten.

De huidige Brabantliner heeft voor de reiziger de uitstraling van een reguliere streekbus.
Het testteam kwam tot de conclusie dat een reis naar Utrecht voor een passagier op deze manier wel te doen is, mits men binnen de rijtijd van 1 uur en 1 kwartier blijft.
In vergelijking met de Interliners is het een forse achteruitgang. Ook is het de vraag of de bussen zwaar genoeg zijn bij forse wind en of de kwaliteit van de bussen voldoende is om deze lijnen langdurig te rijden.

Het ROB heeft een aantal adviezen geformuleerd:
Interieur en comfort
Het ROB adviseert het huidige comfortniveau van de Brabantliners te verhogen naar het niveau waarmee voorheen gereden werd als Interliner, dit rechtvaardigt ook het hogere tarief. Het Reizigersoverleg Brabant adviseert daarom aanschaf van nieuw materieel.
Het ROB adviseert de Ambassador bussen die nu gebruikt worden in te zetten op doorstroomassen zoals bijvoorbeeld Tilburg – Den Bosch.

Tarief
Het comfort is er voor de passagier behoorlijk op achteruitgegaan, dit heeft onzes inziens ook effect op het tarief. Het is nu eigenlijk een gewone streekbus die eigenlijk niet harder mag dan 80 km per uur.
Voor de huidige situatie adviseert het Reizigersoverleg Brabant het tarief aan te passen en de bus toegankelijk maken voor alle abonnementen tot het moment waarop eventueel nieuw materieel wordt ingezet.

Algemeen
Het ROB adviseert te kijken hoe de Brabantliner op de weg van Utrecht terug naar het zuiden voor Gorinchem beter gebruik zou kunnen maken van de vluchtstroken, de afslag bij Meerkerk en het benzinestation voor Gorinchem. Hier staat het verkeer bijna elke dag vast en de bus moet daar meer mogelijkheden krijgen om de file te ontlopen.
Verder adviseert het ROB nog in de dienstregeling rekening te houden met evenementen in Utrecht en Amsterdam die ervoor zorgen dat de bus regelmatig te vol is.