Daarom (en de spoorwegstaking in Frankrijk die ons maanden van tevoren afgesproken reisplan volledig de prullenbak in gooide) besloten ik en Plan-V444 om de Eurostar te pakken, en een week lang Groot-Britannië onveilig te maken. Vrijwel alles in de eerste klas, want de Britten hebben daar gratis catering, en met Interrail haal je de extra kosten er zo simpel uit. Een week past niet in één reisverslag, dus maak ik er zo'n vier delen van. In dit deel reis ik naar het eiland van het eiland, om daar te zien dat de Britse Health and Safety-regels niet op de boot passen.
De dag voor het begin van de reis werd al duidelijk dat een reis naar de Britse eilanden een goed idee was. Continentaal Europa had al een week last van een hittegolf, die voor zware regen- en onweersbuien zorgde. 40 milimeter water in 30 minuten, een beter 'dikke doei' kan je niet krijgen! :X
Onze reis begon op 1 juni, erg vroeg in de morgen. Ik kwam vanuit Alphen, mijn reisgenoot vanuit Helmond, en dus zouden we elkaar pas in Brussel ontmoeten (de [serie=Intercity|2018|Den Haag Centraal - Eindhoven1100[/serie] reed zoals we van hem gewend zijn, niet). Maar ook in de polder deed niet alles het, ik wou eigenlijk via Den Haag HS reizen, maar nadat er wat nachtwerk uitgelopen was moest ik alsnog met Klaas via Gouda reizen. -o-
In Rotterdam liep ik op een sukkeldrafje naar de eerste Benelux van de dag. Geen gratis catering, maar een vrijwel leeg eerste klas-rijtuig is ideaal om wat slaap in te halen.
Tegen 9:15 rolde mijn trein keurig op tijd Brussel Zuid binnen, mijn reisgenoot was een half uur te laat door een wolkbreuk bij Luik, de eerste van de dag daar. Aangezien Brussel Zuid een te klein en te druk station is, besloot ik op het perron te wachten.
Tegen tienen waren we compleet, en kon de wachtrij voor de Eurostar aangevangen worden. Maar hoe typisch: de poortjes waren kapot, het Inchecken verliep chaotisch en duurde een half uur. Na enkele minuten wachten konden we dan ook de trein al in, en om 10:56 reed de trein op tijd Brussel uit. Dit is de rit die bedoeld was als de rechtstreekse trein uit Amsterdam, we reden dan ook zonder tussenhaltes naar Londen. *O*
Nog voor Vorst stond het inbegrepen ontbijt op tafel. Yoghurt uit de Savoie en melk in de thee, een vreemde maar lekkere melange. :pos:
Na twee uur stonden we veilig en wel in Londen. De klok is een uur terug gegaan, dus het is nu bijna twaalf uur. Lang zouden we niet in Londen blijven, op de planning stond een trein van 13:00 uit Londen Waterloo.
Londen Waterloo, een belediging naar de Fransen en vernoemd naar een dorp in België. Vanaf hier rijdt South Western Railway, onder andere met langeafstandstreinen naar Southampton en Portsmouth. Daar in zuidwest-Engeland treinen op derde rail rijden, hebben ze speciale IC-treinen: de class 444. Stoptreinig van buiten, maar met een verdomd comfortabele eerste klas en met catering. :pos:
SWR 444 026, London Waterloo by Z2N, on Flickr
In anderhalf uur rijdt de trein van Londen naar Portsmouth Harbour, waar de boten naar het eiland Wight vertrekken. Een verder niet al te boeiende rit door het platteland van Surrey en Hampshire. :)
Nog voor half drie stonden we weer aan de zee, in de havenplaats Portsmouth. Als stad heeft het niet veel te bieden, behalve de Spinnaker Tower, en die is het beste te zien van op zee. We besloten dan ook direct de boot te pakken naar het eiland Wight, een vaart van zo'n 20 minuten.
De boot bood de beste uitzichten op Portsmouth, niet alleen op het pareltje van een station, maar ook op het vliegdekschip dat in de plaats zijn thuishaven heeft. :pos:
20 minuten later stonden we dan op het Texel van Engeland: Wight. Maar in tegenstelling tot Texel zijn er op Wight spoorwegen. De Island line is een abnormale normale spoorlijn: deel van South Western Railway, maar met oude Londense metrostellen. :D
De Island line is een pareltje voor spoorwegliefhebbers. 80 jaar oude metro's, klassieke beveiliging, oude houten stationnetjes, en een beginpunt op een pier in de zee. Maar er is een keerzijde: spooronderhoud is lastiger dan op het vaste land, en dus ligt de lijn er in een beroerde staat bij. 70 kilometer per uur is dan ook snel, en dan is het al slecht voor de knieën van de conducteur... _O-
Aangezien Shanklin niet te boeiend is, besloten we halverwege in Brading uit te stappen. Dit stationnetje is een van de rustigste op Wight, met 48.500 reizigers per jaar, iets meer dan 130 per dag.
Brading is een prachig stationnetje, met wassen beelden in het oude seinhuis, stilte, en een dominante stationskat. :)
Na 25 minuten kwam de volgende trein langs naar Ryde, dit stel laat zijn leeftijd meer zien.
SWR 483 006, Brading by Z2N, on Flickr
Terug in Ryde besloten we nog wat foto's te nemen rond de pier, alvorens terug naar het vasteland te keren. Naast gewone boten is Ryde ook per Hovercraft bereikbaar, deze komt langs de pier en landt in het dorp Ryde.
De pier is 700 meter lang, de treinen rijden hier sinds 1880 overheen. De reden voor de pier is simpel: het water is hier te ondiep voor gewone veerponten, en dus was dit een simpele manier om mensen simpel van de boot naar het eiland te krijgen. Even naar het dorp lopen is een gezonde wandeling, en dat hebben we dus dan ook maar gedaan.
Terug op het pierhoofd kon nog net de aansluitende trein op de foto, alvorens wij op de boot terug naar Portsmouth gingen.
Na een dag met vier landen, drie talen en twee tijdszones, waren we rond 19:00 Britse tijd in Havant, onze slaapplek voor die nacht. Een lange reisdag was op zijn einde gekomen, en na het eten in de Pub en een goede Pint zat het eerste deel van de reis erop.
In het volgende deel komen weer drie talen langs, breken we health and safety-regels om de deur te openen, en knuffel ik een palmboom. Op- en aanmerkingen worden gewaardeerd! *O*